De terugkeer naar de eerste werkloosheidsperiode

Het principe

De kunstenaars of technici uit de artistieke sector die zich in de tweede uitkeringsperiode bevinden, of zelfs  in de derde uitkeringsperiode met het forfaitaire minimum, hebben de mogelijkheid, om helemaal opnieuw te beginnen in het doorlopen van de uitkeringsfases. Ze moeten wel een nieuwe aanvraag voor werkloosheidsuitkeringen indienen (dus een onderbreking van de uitkering gedurende minimum 28 dagen) en ze moeten voldoende in hun domein gewerkt hebben.

De toekenningsvoorwaarden

De vereiste arbeid die nodig is om van dit voordeel gebruik te maken, is identiek als bij de eerste toekenning van de bescherming van tijdelijke arbeid (zie vorige paragraaf):

  • Voor kunstenaars zijn 156 arbeidsdagen in een referentieperiode van 18 maanden vereist, waarvan minimaal 104 dagen artistieke activiteiten, eventueel aangevuld met maximaal 52 betaalde arbeidsdagen buiten de artistieke sector.
  • Voor technici uit de artistieke sector zijn 156 arbeidsdagen in een referentieperiode van 18 maanden vereist, waarvan minimaal 104 dagen technische activiteiten in de artistieke sector met contracten van zeer korte duur (minder dan 3 maanden), eventueel aangevuld met maximaal 52 betaalde arbeidsdagen buiten de artistieke sector.

Opgelet: voor kunstenaars die per cachet of taakloon betaald worden, geldt de cachetregel om het vereiste aantal arbeidsdagen te berekenen. Dat is helaas niet het geval voor technici uit de artistieke sector.

Opgelet:

  • Het is jammer dat zowel voor de bescherming van tijdelijke arbeid, als voor de terugkeer naar de eerste periode, werknemers uit de artistieke sector die afwisselen tussen artistieke en technische prestaties deze niet mogen combineren voor het minimumaantal van 104 dagen. Afhankelijk van je hoofdberoep, zal je dit minimum van 104 dagen als artiest OF als technicus moeten bereiken, en kan je daarvoor enkel beroep doen op andere, aanverwante prestaties (als technicus of als artiest) binnen het kader van de 52 andere als loontrekkende betaalde arbeidsdagen die de RVA aanvaardt om aan de 156 gewerkte dagen in de periode van 18 maanden te komen.
  • De arbeidsdagen waarop je eerder een beroep deed om recht te hebben op een werkloosheidsuitkering (effectieve arbeidsdagen of via de cachetregel) kan je niet opnieuw gebruiken om terug te keren naar de eerste werkloosheidsperiode.

Het indienen van de aanvraag voor een terugkeer naar de eerste werkloosheidsperiode

  • De aanvraag om terug te keren naar de eerste werkloosheidsperiode gebeurt via je betalingsinstelling (vakbond of HVW) op het ogenblik dat je een nieuwe aanvraag voor werkloosheid indient en na een onderbreking van je werkloosheid gedurende minstens 28 opeenvolgende dagen (d.w.z omwille van werk, onbeschikbaarheid voor de arbeidsmarkt, een periode zonder uitkering door de omzettingsregel voor cachetlonen, betaald verlof met vakantiegeld, arbeidsongeschiktheid die vergoed werd door de ziekte- en invaliditeitsverzekering, enz.).
  • Voor je dossier heb je een kopie nodig van je aanwervings- of arbeidscontracten en van de C4 formulieren voor je prestaties van de afgelopen 18 maanden. Kunstenaars moeten ook verklaren d.m.v. het formulier C1 Artiest dat ze tijdens hun werkloosheidsperiode een artistieke activiteit beoefenen. Als dit niet het geval is, of als je verklaring moet gewijzigd worden, moet je dit formulier aan je dossier toevoegen. Dit formulier is niet bedoeld voor technici uit de artistieke sector en zij moeten dit dus niet aan hun dossier toevoegen.