Wat is een vzw?
mis à jour le 31/1/2014Het principe van de afwezigheid van winstoogmerk
Het fundamentele verschil tussen een vereniging zonder winstoogmerk (vzw) en een handelsvennootschap is de afwezigheid van het streven naar winst. Het hoofddoel van een handelsvennootschap is het maken van winst en het verrijken van haar leden en vennoten.
Mag een vzw winst maken?
De vereniging zonder winstoogmerk wordt verondersteld een belangeloos doel na te streven, d.w.z. niet te streven naar haar eigen verrijking of die van haar leden. Zij mag winstgevende activiteiten uitoefenen, op voorwaarde dat deze geen voorrang krijgen op haar niet-winstgevende activiteit en dat de eruit voortvloeiende winsten volledig worden gebruikt voor de verwezenlijking van het belangeloze doel.
Is het uitoefenen van een commerciële activiteit in een vzw als dusdanig verboden?
In het algemeen neemt men aan dat een vzw commerciële activiteiten mag uitoefenen, voor zover zij een belangeloos hoger doel heeft en niet naar winst streeft, d.w.z. dat zij niet gericht is op het verrijken van zichzelf of van haar leden. Als de vzw daarentegen een hoofdzakelijk commercieel doel nastreeft of in de praktijk een commerciële activiteit uitoefent met het oogmerk op winst, kan zij worden beschouwd als een handelsvennootschap.
Kan een vzw failliet worden verklaard?
Een vzw kan niet failliet worden verklaard. Alleen zelfstandigen kunnen failliet worden verklaard.
Wat gebeurt er als de vzw haar financiële verplichtingen niet meer kan nakomen?
De schuldeisers kunnen de ontbinding van de vzw eisen. Als de activa niet volstaan om alle schuldeisers te betalen, blijven de bezittingen van de leden en bestuurders buiten schot. De schuldeisers moeten zich dus tevreden stellen met de resterende bezittingen van de vzw. In het geval de financiële tekorten veroorzaakt werden door fouten van de bestuurders, kunnen ze daarvoor wel verantwoordelijk gehouden worden en is het mogelijk dat de schuldeisers bij hen komen aankloppen.
De rechtspersoonlijkheid
De vzw verwerft haar rechtspersoonlijkheid vanaf het ogenblik dat de statuten in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd worden. Vanaf dat ogenblik heeft de vzw rechten en plichten.
De vzw verwerft haar rechtspersoonlijkheid vanaf het ogenblik dat de statuten, de benoemingsaktes van de bestuurders en, in voorkomend geval, van de personen die gemachtigd zijn om de vzw te vertegenwoordigen overeenkomstig het artikel 13, al. 4 van de wet van 27 juni 1921, neergelegd worden bij de griffie van de Rechtbank van Koophandel en in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd worden. Vanaf dat ogenblik heeft de vzw rechten en plichten.
De vzw mag verbintenissen aangaan vóór zij rechtspersoonlijkheid verkrijgt. Diegenen die deze verbintenissen aangaan zijn hiervoor persoonlijk en gezamenlijk verantwoordelijk, tenzij de vzw haar rechtspersoonlijkheid verkrijgt binnen de 2 jaar na het ontstaan van de verbintenis, én zij deze heeft overgenomen binnen de 6 maanden na het verkrijgen van de rechtspersoonlijkheid. In dat geval worden deze verbintenissen beschouwd als vanaf het begin door de vereniging aangegaan.
Het verkrijgen van de rechtspersoonlijkheid biedt de vzw met name de mogelijkheid eigen bezittingen te hebben, gebouwen te kopen, contracten en verbintenissen aan te gaan, schenkingen te krijgen, haar rechten te verdedigen,…
Wanneer is het aangewezen een vzw op te richten?
De juridische vorm van een vzw biedt talrijke voordelen… maar ook enkele nadelen.
Voordelen
- Het is mogelijk om subsidies te ontvangen
- De aankoop van gemeenschappelijk materiaal beheren
- Een eenvoudig beheer van de activiteiten
- Een grotere zelfstandigheid
Nadelen
- Kosten voor de boekhouding
- Moeilijk beheer van de btw
- Beheer van de facturatie
Daarom is het belangrijk om op voorhand de kosten en baten tegenover elkaar af te wegen.
Er bestaat een alternatief!
Bijvoorbeeld, als je:
- Een beginnend bandje hebt zonder veel optredens
- Als je een eerste subsidie hebt gekregen, maar de toekomst blijft nog onzeker…
- In die gevallen is het een beter idee om een structuur zoals de Activiteit te gebruiken.
Dit is een reeds opgerichte vzw (Verenigde Producties vzw) waarbinnen je jouw projecten rustig kan laten groeien.
Zo kan je het oprichten van een eigen vzw uitstellen tot het ogenblik waarop je regelmatig contracten binnenhaalt en over voldoende inkomsten of subsidies beschikt.
Vzw en werkloosheid
Om recht te hebben op een werkloosheidsuitkering moet men, onder andere, onvrijwillig verstoken zijn van werk en inkomen. De werkloze moet bovendien voor de arbeidsmarkt beschikbaar blijven.
De bestuurder van een vzw die werd opgericht voor het beoefenen van artistieke activiteiten heeft in principe geen recht op een werkloosheidsuitkering (Cfr.: Infoblad kunstenaars – RVA – 8/3/13).
Uitzondering: als de activiteit van de bestuurder van miniem belang is en beperkt blijft tot het administratieve beheer van diens eigen artistieke activiteiten, behoudt deze in principe het recht op een werkloosheidsuitkering. Maar de eventuele inkomsten als bestuurder kunnen wel gevolgen hebben voor de hoogte van de uitkering zelf.
In het geval de activiteiten van de bestuurder niet “van miniem belang” zijn (vb: hij bestuurt een onderneming die instaat voor de belangen van een professioneel artistiek gezelschap), verliest deze zijn recht op een werkloosheidsuitkering. De werkloze wordt voorafgaand wel opgeroepen om zich in het werkloosheidskantoor te verdedigen.
Ter verduidelijking: de beheersactiviteit van een vzw bestaat bv. in het bijhouden van de boekhouding van de vzw, het opstellen van subsidiedossiers, het opvolgen van het secretariaatswerk van de vzw (facturen, tel. …).
Het uitoefenen van een artistieke activiteit als bezoldigde werknemer van de vzw (bv. via Smart-contracten), ter vervulling van het maatschappelijk doel, verschilt van deze beheersactiviteit die op puur vrijwillige basis kan worden uitgeoefend.
Om de notie van ‘miniem belang’ te bepalen, houdt de RVA rekening met de volgende elementen:
- Het principe dat de creatieve activiteit kan worden uitgeoefend op eender welk moment
- Dat het beheer van deze artistieke activiteit kan worden beschouwd als een noodzakelijke aanvulling
- Dat men een ongelijke behandeling moet voorkomen in vergelijking met de kunstenaar die dezelfde activiteit uitoefent als zelfstandige
Als de activiteit niet wordt beschouwd als zijnde van miniem belang, wordt het recht op uitkeringen geweigerd.